Waarom ben je het gesprek niet met mij aangegaan?

Geplaatst op:

25-09-2023

Leestijd 5 - 6 minuten

Geschreven door: Coalitie Leefstijl in de Zorg

Dit bericht delen op:

In het merendeel van de richtlijnen waarmee zorgprofessionals werken is inzetten op een gezonde leefstijl de eerste stap. Toch lopen de meeste mensen met een recept voor medicatie naar buiten. Ik was één van hen.

Ik ben een van de 10 miljoen

70-90% van de huidige chronische ziekte- en aandoeningen is direct of indirect toe te schrijven aan leefstijl (2). Een groot deel daarvan kan voorkomen worden als we andere leefstijlkeuzes maken. Daar had ik ook graag vanaf geweten toen ik op jonge leeftijd werd gediagnosticeerd met een chronische huidaandoening. Ik bleef echter over met een bingokaart vol antibioticakuren, bezoekjes aan de operatiekamers, een ontregeld lichaam en immuunsysteem, een verzwakte darmflora en bovenal een verlangen naar een positiever perspectief.

Is het niet bewezen of wordt het niet onderzocht?

Het bleef angstvallig stil wanneer ik als dertienjarig meisje vroeg wat ik zelf kon doen om mijn aandoening te beïnvloeden. “Je hebt simpelweg pech gehad, een ongunstig genenpakketje, normaal gesproken krijgt niemand het op zo’n jonge leeftijd” werd mij verteld door artsen voor zij zich weer richten op het behandelplan. Voor mij was focussen op langdurige antibioticakuren en operaties geen duurzame optie. Ik was benieuwd naar waar ik wél invloed op kon uitoefenen, zoals voeding, beweging, slapen, stress. Maar de effecten daarvan zouden nog niet zijn bewezen. Daar reageerde ik als jonge tiener verward op: “Is het niet bewezen of wordt het niet onderzocht?”. Daar had ik volgens de arts een goed punt. Die reactie was voor mij het kantelpunt. Waarom was die vraag zo lastig te beantwoorden voor medici? Reden genoeg om zelf op zoek te gaan en niet te wachten op bewijzen.

Van symptoombestrijding naar het aanpakken van de oorzaak

Door in te zetten op een lange termijn leefstijl- en gedragsverandering slaagde ik, als vijftienjarige, erin om vele kilo’s kwijt te raken. Dat resulteerde in aanzienlijk minder ziektelast en het afbouwen van ziekenhuisbezoeken, medicatie en operaties. Dat was niet het enige wat het mij opleverde, namelijk ook:

  • Meer eigen regie en zelfmanagement
  • Meer inspraak in mijn behandeling
  • Zelfvertrouwen
  • Positiever perspectief op toekomst
  • Betere gezondheids- en voedselvaardigheden
  • Betere verbinding met mijzelf
  • Verbeterd immuunsysteem en waardes in mijn bloed
  • Fitter gevoel
  • Een gezondere omgeving waarin ik mij gesteund voelde

Tot mijn 15e had ik al veel inspanningen verricht om met mijn gezondheid aan de slag te gaan, maar dit was vaak van korte duur voor ik weer in oude patronen terugviel. Het was een zoektocht om erachter te komen aan welke knoppen ik kon draaien. Mijn inspanningen werden opgemerkt doordat ik niet meer wekelijks verscheen op het spreekuur. Daar kwam steeds meer belangstelling voor vanuit medisch personeel. Een vijftienjarig meisje dat meer grip op haar gezondheid kreeg dan dat een leger aan artsen en zorgpersoneel in al die jaren, met beste intenties, niet voor elkaar kreeg, was opmerkelijk. Volgens mijn behandelaars was het iets bijzonders om te bereiken en was mijn proactieve houding iets wat mij daarin onderscheidde. Wel bleven zij vasthouden aan hun manier van werken en was het de vraag hoelang ik de leefstijlverandering zou kunnen volhouden. Voor mij bestond daar geen twijfel over en ik ging die uitdaging wel aan.

Artseneed

“Ik zweer/beloof dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens. Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten.” Deze zin is afkomstig uit de Nederlandse Artseneed (2003), waarvan ik de woorden ‘gezondheid bevorderen’ even wil uitlichten (3). Als we kijken naar de verschuiving die de afgelopen eeuw binnen het zorgsysteem plaats heeft gevonden, van zorg gericht op acute geneeskunde en infectieziekten naar een groeiend aandeel chronisch zieken, dan zou naar mijn mening gezondheidsbevordering een nog prominentere rol moeten aannemen binnen de functie arts of zorgprofessional. Met name het bespreekbaar maken en attenderen op (leefstijlgerelateerde) factoren voor het krijgen of beïnvloeden van ziekte en aandoeningen. En dus niet langer alleen inzetten op symptoombestrijding en de oorzaak vergeten.

Betuttelen

Wanneer overheidsinstanties of zorgprofessionals de leefstijl van burgers of patiënten beïnvloeden, klinkt regelmatig het bezwaar dat dit betutteling is. Dit is mogelijk ook een van de barrières die wordt ervaren met het aankaarten van leefstijl in de spreekkamer. Artsen vinden het niet hun taak zich met de leefwijze van patiënten te ‘bemoeien’. Echter kun je leefstijl en het maken van eventuele aanpassingen daarin niet volledig aan de individuele verantwoordelijkheid overlaten. Denk bijvoorbeeld aan mensen die weinig gezondheidsvaardigheden hebben en niet het inzicht hebben om daar gericht actie op te kunnen ondernemen. Daarom ligt hier wel degelijk ook verantwoordelijkheid bij artsen en zorgprofessionals. In mijn geval heb ik gesprekken over mijn gewicht of leefstijl nooit als betuttelend ervaren. In tegendeel zelfs, het laat mij zien dat een arts verder kijkt dan alleen de ziekte- of aandoening en ook de persoon achter het dossier meeneemt in zijn benadering.

Barrières in de spreekkamer

Ook geven veel artsen aan te weinig tijd te hebben om zich bezig te houden met de leefstijl van hun patiënten. Ik vind dit niet altijd een excuus. Wanneer mensen namelijk radeloos keer op keer terugkomen en niet écht geholpen worden, zorgt dan deze symptoombestrijdingsaanpak dan niet juist voor extra druk op de zorg? Daarnaast blijkt uit onderzoek dat huisartsen maar 1,5 uur aan training nodig hebben om in minder dan 30 seconden effectief te kunnen verwijzen naar leefstijlinterventie (4) als zij daarbij bijvoorbeeld gebruik maken van het leefstijlroer en het spinnenweb van positieve gezondheid (5) .

Voldoende kennis en tools

Bij ziekte- en aandoeningen waarin leefstijl een grote impact heeft zouden  leefstijlinterventies deel uit moeten maken van de behandeling. De vraag is dan wel of de betrokken zorgprofessionals over genoeg kennis en tools beschikken om dit effectief aan te kunnen kaarten. In mijn geval had mijn dermatoloog destijds op zijn minst de mogelijke positieve effecten van leefstijlveranderingen aan kunnen aankaarten. Dat zou een meer gidsende rol voor de behandelaar inhouden waarbij voor het daadwerkelijk toepassen van leefstijl verwezen kan worden naar zorgprofessionals die gericht hierop wel meer kennis of tools voor handen hebben. Denk aan dietise, leefstijlcoaches, fysiotherapeuten, buurtsportchoaches, ergotherapeuten, of initiatieven vanuit patiëntenvertegenwoordiging (6). Gelukkig gebeuren er op het gebied van leefstijl ook een heleboel mooie dingen. Er is meer aandacht, kennis en intitatieven die ingezet worden dan toen ik hiermee begon. Deze maken het gemakkelijker om leefstijl bespreekbaar te maken in de spreekkamer, barrieres weg te nemen en patiënten te verwijzen.

Zelf mijn steentje bijdragen

Na een opleiding tot hbo-verpleegkundige en dankzij mijn eigen ervaringen wist ik vrij snel dat ik meer tot mijn recht zou komen in de preventieve kant van de zorg. Middels het afronden van mijn opleiding tot geaccrediteerde leefstijlcoach kon ik mijn eigen ervaring verrijken met wetenschappelijk onderbouwde kennis over gedragsverandering en de leefstijlpijlers. In mijn werk als leefstijlocach, verpleegkundig consulent hartrevalidatie (secundaire preventie), leefstijlportaal (verwijzing vanuit alle specialismen, verbinding sociaal domein, op basis van positieve gezondheid) kan ik patiënten en collega’s brengen wat ik heb gemist in mijn behandeling: een gids.

Dankbaar dat je het gesprek niet met mij bent aangegaan

Als ik terugkijk ben ik nu dankbaar dat mijn behandelaars het gesprek niet met mij zijn aangegaan. Uit mijn ervaringen met een chronische ziekte- en aandoeningen en de voordelen die ik ervaar van duurzame leefstijlveranderingen en gedragsverandering, heb ik zoveel gehaald. Ik heb mijn passie en drive gevonden om mensen te enthousiasmeren om op een positeve manier met hun gezondheid aan de slag te gaan en om op mijn manier de rol van preventie en leefstijl een prominente plek te geven in de zorg.

Beau Konijn schreef deze column voor de podcast Leefstijl in de zorg, aflevering 2 over handelingsverlegenheid. De podcast is eind september online te vinden.

Over Beau Konijn

Beau Konijn is verpleegkundig consulent hartrevalidatie, geaccrediteerd Leefstijlcoach en ervaringsdeskundige op gebied van leefstijl en gedragsverandering (bij een chronische aandoening). Meer lezen over Beau’s activiteiten of in contact komen? Bezoek dan haar website

Bronnen:

  1. Informatie over Volksgezondheid en Zorg. Chronische aandoeningen en multimorbiditeit | Leeftijd en geslacht. https://www.vzinfo.nl/chronische-aandoeniningen-en-multimorbiditeit
  2. Willet, W. (2002). Balancing life-style and genomics research for disease prevention. Science, 296(5568), 695-698.
  3. KNMG. Nederlandse artseneed. https://www.knmg.nl/advies-richtlijnen/knmg-publicaties/artseneed
  4. https://doi.org/10.1016/s0140-6736(16)31893-1
  5. Insitute for positive health. Leefstijlroer en spinnenweb Positieve Gezondheid in de spreekkamer. https://www.iph.nl/kennisbank/lancering-animatie-leefstijlroer-en-spinnenweb-positieve-gezondheid-in-de-spreekkamer/
  6. De juiste zorg op de juiste plek. 5 succes factoren van zelfhulpgroepen als pijler van informele zorg. https://www.dejuistezorgopdejuisteplek.nl/actueel/nieuws/5-succesfactoren-van-zelfhulpgroepen-als-pijler-van-informele-zorg/

Lees meer over:

Gericht op actie

Betrokken partijen

De Coalitie Leefstijl in de Zorg bestaat uit een groeiende verzameling van partijen die actief zijn in en om de zorg, in beleid, op het terrein van wetenschap en innovatie of op een andere manier betrokken zijn bij leefstijl in de zorg.